Het geheim van de ultieme pasvorm ligt niet bij de ontwerpster, maar bij de patroonmaker, heb ik in de loop der jaren geleerd. Normaal gesproken vertaalt de patroonmaker de schetsen van de ontwerpster in een patroon. Dat patroon gaat naar een atelier, waar dan het eerste prototype wordt gemaakt.
Lex gelooft heilig in zelf doen: zelf rekenen, zelf tekenen en zelf achter de naaimachine kruipen. Pas als hij tevreden is met wat hij in elkaar heeft genaaid, stuurt hij het patroon naar de klant.
Inmiddels zijn Lex en ik voor het Lapeek sportjurkje per maat aan het graderen. Deze week hebben we hard gewerkt aan de mouw en de halslijn. Een centimeter meer of minder maakt het verschil, weet ik inmiddels.
Daarom in deze blogpost ere wie ere toekomt: zonder Lex, zonder mijn zevende patroonmaker had ik mijn droom om het ideale sportjurkje te maken waarschijnlijk moeten opgeven. Maar gelukkig was hij er opeens. En gelukkig is hij nog lang niet van plan te stoppen.
Blijf tennissen, blijf golfen, I’ll keep you posted!